Wednesday, March 7, 2007

Opinie: Pauw & Witteman verzandt in jolige borreltafelpraat

Is Buitenhof te sober en te droog? Nova te elitair en te wollig? Geen nood. In september van 2006 kwam de publieke omroep met hun nieuwe troetelkindje na De wereld draait door. Pauw & Witteman is van hetzelfde karakter, maar naast amusement brengen ze ook Groot Nieuws. Zelf omschrijven ze hun programma als een mix van ‘de urgentie van de actualiteit, de waan van de week en het gesprek van de dag’.

Wat moet je tegenwoordig nog zonder krachtige slogan?

Toen het latenight-programma met Jeroen Pauw en Paul Witteman ruim een half jaar geleden aangekondigd werd, kon ik het niet nalaten mij even te verheugen. Barend en van Dorp was opgehouden, kwam er nu eindelijk een goede talkshow in de late avond?

Goede hoop houdt de mens staande.

Al met hun eerste aflevering op 4 september 2006 wisten P&W het voordeel van mijn twijfel te verspelen. Mariska Hulscher zou het gaan hebben over haar Veelbesproken Echtscheiding. Inderdaad, bij de publieke omroep. Wouter Bos deed waar hij goed in is: trivialiteiten bespreken en lief lachen. Priester Antoine Bodar kwam praten over de omstreden Confessions Tour van Madonna, die hij had bezocht. Precies waar het interessant had kunnen worden, stelde Jeroen Pauw zich zo vooringenomen en cynisch op dat Paul Witteman tussenbeide moest komen met ‘Een beetje respect voor meneer Bodar, Jeroen’. Maar dit was de eerste uitzending. En toegegeven, alle begin is moeilijk.

Waar ik een kwalitatief hoogstaand en journalistiek degelijk praatprogramma had verwacht, bleek ook in latere afleveringen amusement en cynisme de boventoon te voeren. Het gaat P&W noch om hoor versus wederhoor, noch om het interessante verhaal dat hun gasten te vertellen hebben. In plaats daarvan horen ze wat ze willen horen en is een verhaal van een gast alleen interessant als erom gelachen kan worden. Plezier, daar gaat het om. Zelfs de harde actualiteit moet snel, flitsend en luchtig gebracht worden. Zelfs op redacties van de publieke omroepen weten ze dat kijkers wegzappen als een gesprek te zwaar wordt. Daar hebben ze bij P&W iets op bedacht. Als eenmaal een stevige discussie ontstaat en een gesprek eindelijk de diepte in lijkt te gaan, wendt een van de heren zich met een nonchalante glimlach richting kijker: ‘Later meer, nu eerst de Zapservice’.

Laat ik duidelijk zijn: van mij hoort u geen kritiek op een mengvorm van informatie en amusement. Hans Teeuwen die in de P&W-uitzending op de avond voor de verkiezingen liedjes van Frank Sinatra en Ray Charles zingt: dat is interessante televisie. Een combinatie van amusement en informatie wordt echter storend als hierdoor geen van beiden goed uit de verf komen. Dan kan een programma nog zo gevarieerd zijn, maar raakt het nergens aan de essentie van een van beide disciplines. Daarbij komt dat P&W kiezen voor de eigenaardige combinatie van actualiteit en Kopspijkers-achtige satire. In intermezzo’s als de Zapservice wordt de actualiteit op de hak genomen en worden mensen - die misschien later die week aan tafel zitten - belachelijk gemaakt.

Af en toe zorgt dit voor amusante taferelen, bijvoorbeeld als Bram Moszkowicz op een cynische opmerking van Jeroen Pauw reageert met: ‘U mag het best in het ridicule trekken, maar ik probeer het ernstig te houden.’ In de meeste programma’s zorgen de presentatoren voor het behoud van het niveau, maar in P&W lijken de gasten deze rol op zich te nemen. Frans Weisglas antwoordt op de vraag of hij het nieuwe Penisboek van Goedele Liekens zou kopen wat verstrooid: ‘Sorry. Ik zat er even aan te denken wie morgen de Nobelprijs voor de vrede zou krijgen. Ik zat even niet op te letten’.

Paul Witteman en Jeroen Pauw lijken continu te willen balanceren op de lijn tussen sterke, kritische gesprekken en gezelligheid, maar vaak slaan ze door naar een van beide kanten. Dan verzandt het interview in een spervuur van cynische vooroordelen óf ontstaat een jolige De wereld draait door-achtige borreltafelsfeer.

Kwaliteit blijkt een schaarste binnen een omroepbestel dat gericht is op kijkcijfers en dus de massa moet bedienen. Misschien krijgt de Nederlandse televisie ooit nog een kwalitatief hoogstaand latenight-praatprogramma waarin inhoud niet hoeft te lijden onder de vorm. En misschien kijken daar dan ook 800.000 mensen naar. Op die dag zal blijken dat de Nederlandse Tv-kijker echt niet bang is voor diepgang en verdwijnt de hap-slik-weg-mentaliteit bij de publieke omroep voorgoed.

Ach, ik zei het al. Goede hoop houdt de mens staande.

No comments: